Bram de Does zelf maakt in zijn inleiding de vergelijking tussen hem en J. J. Voskuil, de auteur van Het bureau. Voskuil schiep zijn alter ego en schreef daarmee in zeven dikke delen een werkend leven van zich af. De Does schiep zijn Kaba-ornament.
Hij beschikte daarmee over een vorm waaruit schier eindeloos veel figuren konden ontstaan, die hij voor aanvang van de dagelijkse beslommeringen schetste op ruitjespapier. Wellicht therapeutisch, maar ook gewoon een onderzoek. De handmatige aanpak bewerkstelligde de gewenste ambachtelijke sfeer, die door gebruik van de computer verloren zou zijn gegaan.
Het onwaarschijnlijke is dat elke figuur – en het moeten er duizenden zijn – is ontstaan uit één ornament en zijn pendant. De grondvorm van dit ornament is de kubus en daaraan ontleent het zijn naam: kaba betekent kubus in het Arabisch.
In dit 500 bladzijden dikke boek werd een groot deel van de schetsbladen afgedrukt die in de loop van de jaren ontstonden. Opgenomen op 75% van het werkelijke formaat, met de ruitjes van het onderliggende papier wegbelicht. Het grove papier versterkt het schetsmatige karakter van de figuren. Als basiskleur is gekozen voor donkerbruin, maar soms zijn andere kleuren toegepast, waardoor een heel andere beleving ontstaat.
Een fraaie toepassing krijgt het ornament op de schutbladen. Caleidoscopisch verschuift hier de ene figuur ongrijpbaar in de volgende. Wat één klein vormpje al niet vermag. Voorlopig zijn wij niet uitgekeken.