De glanzende zwarte bal op het omslag van dit kleine boekje vertelt een curieus en ontroerend verhaal. Het is een stuk steenkool, zoals dat door mijnwerkers uit de stad Yubari op het Japanse eiland Hokkaido in hun vrije tijd werd gesneden en gepolijst. Een symbool van de hoogtijdagen van de inmiddels gesloten mijnen. De Japans-Nederlandse kunstenaar en ontwerper Mariko Kuwahara stuitte op deze opmerkelijke traditie tijdens haar bezoek aan Yubari en raakte gefascineerd door het verschijnsel, dat haar ook een manier bood om in contact te komen met de vergrijzende bevolking van deze ex-mijnwerkersstad.
Het boekje, in het Engels en het Japans, is het verslag van haar onderzoek. Conversaties over de praktijk en het mijnwerkersverleden zijn gecombineerd met spaarzame documentaire foto’s. De teksten zijn gezet in zwart op grijze pagina’s, tenzij haar gesprekspartners worden geciteerd – dan staat de tekst in wit. Het boekje leest zo, in het Japans vanaf rechts en in het Engels vanaf links, van buiten uit naar het hart van het boek, waar op een dubbele uitslaander enkele van de steenkoolballen in hun mysterieuze gedaante zijn weergegeven. Wit, grijs en zwart zijn de enige tinten die zijn gebruikt, en het effect is van grote schoonheid en kracht. Dat komt ook door de zorgvuldigheid waarmee die elementen zijn ingezet. Het zwart op snee doet het eenvoudige wit van het omslag des te beter uitkomen, en daarop glanst dan weer zo’n sprakeloze bal, met nog zo’n vondst: over de bal werd een spot-uv lak gezet waardoor het vettige gevoel van het steenkooloppervlak perfect wordt opgeroepen. Alles ademt een sfeer van verwondering, verstilling en melancholie.