Dit boek, verschenen bij een tentoonstelling in het Stedelijk Museum Amsterdam, bevat twee werken van de Libanees-Amerikaanse kunstenaar Walid Raad. Het uitgebreide bronnenonderzoek dat hij voor zijn PhD thesis moest doen inspireerde hem om voor zijn kunstpraktijk fictieve documenten te produceren, en twee daarvan vormen de beide helften van de publicatie: een cahier en een leporello, handig geïntegreerd in de linker- en rechterflap van het ‘archivistische’ kartonnen omslag met linnen bandje om de rug dat Roger Willems van Roma Publications ervoor bedacht. Het cahier is een soort facsimile van een dagboek, ontleend aan de dagboeken van Raads vader, met balpentekeningen van de bommen die om zijn huis vielen. De leporello is een soort logboek van planten waarvan de namen als codes werden gebruikt om lokale, regionale en internationale figuren uit het politieke landschap van het Midden-Oosten aan te duiden. Een daartoe opgeleide botanist plakte de gezichten op de bloemen en planten, waardoor een bizarre botanische catalogus ontstaat. De uitwerking van dit gegeven is onberispelijk, met de typografie op het omslag subtiel in folie gepreegd, in exact dezelfde kleur als het eerder genoemde linnen bandje. Het high-gloss papier van beide binnenwerken contrasteert met het archiefkarton eromheen, en verleent de ‘documenten’ een vreemd gezag, net zoals de precisie van de uitvoering de absurditeit van de documenten benadrukt, en daarmee commentaar levert op de gespleten realiteit van een land dat decennialang op zoek is naar een vorm van normaal, maar eigenlijk alleen maar oorlog heeft gekend.