Twee jaar geleden creëerde Irma Boom een dik cahier door de binder zijn naalden door 232 pagina’s heen te laten jagen. Zouden ze op de Arnhemse academie gedacht hebben: dat kunnen wij nog beter? Hoe dan ook, de Arnhemse eindexamencatalogus brengt ons maar liefst 328 pagina’s
bijeengehouden door twee nietjes. Zo ontstaat een object met een elegante
welving aan de rugzijde en een dynamische pijlvorm op de snede. Bijna een beeldmerk dat de vibe van de academie overbrengt. De jury werd er vrolijk van.
Het boek kent niet 328 oplopende pagina’s maar 164 oplopende gevolgd door 164 aflopende. Voorin is het werk van de studenten bijeengebracht en achterin hun hoofden. Van elke student worden zo het werk en het portret bijeengehouden door hetzelfde paginacijfer.
Iedere afdeling van de academie is op andere wijze in beeld gebracht. Zo zien we afgekaderd werk (productontwerp, grafisch ontwerp), aflopend werk (mode) en spreadbreed werk (interactief). Qua portretten zien we zwart-witfoto’s
(lerarenopleiding), aflopende foto’s (mode) en aflopende uitsnedes (grafisch ontwerp). Extra ingenieus zijn de portretten van de jongens en meisjes van beeldende kunst die spreadbreed liggend in het hart van het boek zijn ondergebracht, met hun handtekeningen over het onderlijf. Docentenlijsten, naw-gegevens, alles heeft een logische plek gevonden.
En het keurslijf was niet te strak om ook nog even stil te staan bij het overlijden van de legendarische hoofddocent Elly Lamaker.